Mangaan (Mn) heeft invloed op de kwaliteit van de hoorncellen en speelt een belangrijke rol bij de vorming en handhaving van bindweefsel (collageen). Verder speelt mangaan een belangrijke rol bij de bot- en kraakbeenvorming. Door mangaantekort kan de binding tussen de hoorn- en huidcellen in de klauw zwakker worden. Hierdoor neemt de kans op beschadigingen en infecties van de klauw toe. Voor herkauwende dieren wordt voor het rantsoen een maximale toelaatbaar gehalte van 1000 mg/kg DS aangehouden. In het algemeen is mangaan niet zo snel schadelijk voor rundvee. Bij een mangaanovermaat kan wel de opname van ijzer in de darm geremd worden (meer kans op bloedarmoede). 

Bodem

Mangaan komt vooral voor in klei- en löss-gronden en minder in zandgronden, net zoals vele andere spoorelementen.

Figuur 1 beschikbaar ijzer afhankelijk van grondsoort
Figuur 2 beschikbaar mangaan afhankelijk van grondsoort

Mangaan, ijzer, koper en zink worden door planten beter uit de bodem opgenomen als de bodem licht zuur is.  Hoe hoger de pH, des te minder mangaan door de plant uit de grond wordt opgenomen. Dat betekent dat bij een hogere kalkbemesting, minder mangaan in het gewas zal zitten.